We starten in rit 2 zuidwaarts voor wat met verve de langste etappe zal worden in deze giro.  We winnen al snel wat hoogte, maar geven die opnieuw terug af; dit scenario zal zich nog enkele keren herhalen… We steken nabij Bassa een rivier over: daar is de Arno weer! Op de kaart zijn we terug op dezelfde hoogte als Pisa dat in vogelvlucht 40 km westwaards ligt. Na bijna 60 km, voorbij San Miniato zijn we bijna terug op zeeniveau, maar daarna gaan we hogere oorden opzoeken. In het mooie Volterra bereiken we een 2de maal de hoogte van 500 meter. Het laatste derde deel van de etappe belooft nog meer afwisseling tussen klimmen en dalen en voert stilaan maar zeker naar welluidende locaties als San Gimignano en Monteriggione. San Gimignano is bekend om zijn veertien torens die het silhouet van de stad domineren. Deze zijn tussen de 12de en 14de eeuw door rijke families opgetrokken. De torens deden dienst als woning en versterking, maar vooral als prestigeobject. Op haar hoogtepunt telde de stad 72 torens. Het historisch centrum is vandaag werelderfgoed. Het is één van de best bewaarde middeleeuwse stadjes van Toscane. Met ook nog eens de passage van de Giro di Toscana wordt er een torenhoge massa volk verwacht.

En wat dan gezegd van de tweede aankomstplaats, Siena? Een naam als een klok en ook hier is de binnenstad werelderfgoed, met tal van historische bouwwerken rond de markante schelpvormige Piazza del Campo. La dolce vita is hier zeker te vinden.    

Lees meer...

De openingsetappe van de Giro di Toscana start aan de luchthaven van Pisa, genoemd naar de bekendste Pisaan ooit: Galileo Galilei, die als een van de eersten stelde dat de aarde rond de zon draait en niet omgekeerd. Wij draaien voor de eerste kilometers de pedalen rond onder de zon en naar  het centrum van Pisa, gelegen aan de Arno rivier. Een onvermijdelijke halte is het Piazza dei Miracoli met de wereldberoemde scheve toren, de basiliek (duomo), het baptisterium (doopkerk) en het camposanto (begraafplaats).

In de middeleeuwen was Pisa een van de vier maritieme republieken van Italië, samen met Venetië, Genua en Amalfi. In de 12de en 13de eeuw beleefde Pisa zijn glorietijd en veroverde de stadstaat onder andere Sardinië. In 1284 werd Pisa echter verslagen door Genua. In 1406 werd Pisa veroverd door de Florentijnen en was het definitief gedaan met de zelfstandigheid. Het behoorde later tot het Groothertogdom Toscane tot het in 1871 opging in Italië.

Na de officieuze en officiële start zetten we koers naar het noorden langs de Serchio rivier die we lang zullen volgen tot in het mooie stadje Lucca, geboorteplaats van niemand minder dan Mario Cipollini. Een 30-tal km verder, voorbij halfweg de rit, verlaten we de Serchio en passeren we in Bagna di Lucca. We volgen nu opnieuw water, de Torrente Lima, maar het water komt van de verkeerde kant… De route begint dus gestaag op te lopen tot een maximale hoogte van bijna 1000 meter nabij Prunetta. Wat rest is een afdaling over 20 km door bosrijk gebied naar de eerste aankomstplaats in deze Giro: Pistoia! Gelegen aan de voet van de Apennijnen, het gebergte dat zich uitstrekt over bijna heel het schiereiland Italië.  

Lees meer...

De derde rit in onze corsa a tappe voert helemaal door de cuore van deze formidabele streek. En het landschap kan niet typischer Toscaans zijn. Onderweg zullen we de wereldwijd twee meest gefotografeerde lanen met cipressen te zien krijgen, en zelfs één ervan onder de wielen. Een entrata brengt een aanloop met meermaals dalen en weer stijgen tot een hoogte van 300 meter.  We doorkruisen ‘Le Crete’: één van de mooiste zones van Toscane die wel lijkt weggeplukt uit een middeleeuws schilderij. Ze wordt gekenmerkt door de licht golvende terreinen, pittoreske boerenwoningen en kerkjes (pieve genaamd), eiken, cipressen en de voor de streek typische balze. Dit zijn rotsformaties bestaande uit klei, steenzout en gips die zo’n 2,5 miljoen jaren geleden gevormd zijn. In Montefollonico zijn we over halfweg en zetten we koers naar het bekendere Montepulciano. We naderen een eerste maal de grens met Umbrië.

In La Foce komt één van de meest typische foto’s van Toscane live in beeld… We klimmen nog wat hoger via Castelluccio en dan brengt alweer een zeer fotogenieke weg ons naar Montichiello. Daarna volgt Pienza, een juweeltje van een dorp en thuishaven van de Italiaanse schapenkaas Pecorino. De passage langs San Quirico d’Orica luidt de finale in, met aankomst bergop in Montalcino. Bewoond sinds de tijd der Etrusken, ligt het dorpje op een heuvel midden de wijngaarden en olijfbossen. Een vruchtbare grond voor de Brunello en de Rossa di Montalcino, gerennomeerd druivensap! Met 25 km minder op de teller dan gisteren maar ongeveer evenveel hoogtemeters op die kortere afstand is dit duidelijk ook een rit met pit…

 

Lees meer...